Herbergen op het Vlaams Hoofd

Bron: Dirk Verhelst, Geschiedenis van Zwijndrecht en Burcht, deel 1, bijlage 48/B

Rechts: Hotel Les Trois Rois, de Drie Koningen.
Links:  huis Geldof                  Foto: Felixarchief

Het Gulden Hoofd (La tĂȘte d'Or) rechts, en links cafĂ© De Yachtclub

  1. Sint Anna, reeds in 1574 genoemd. In 1783 terug geopend
  2. De Drie Koningen , eerst vermeld in 1629
  3. De Fortuin, in 1571 een smidse; in 1574 smidse en herberg
  4. Het Gulden Hoofd, vermeld in 1558
  5. Het Hert, in 1571 vermeld, opnieuw geopend in 1745
  6. De Koning van Spanje, 1714
  7. De Kroon, eerst als naam van het huis (1566), herberg in 1754
  8. Het Moriaans hoofd, als huisnaam in 1571; herberg in 1720
  9. De Roos, vermeld als herberg in 1444
  10. De Ster, herberg in 1571
  11. De Witte Arend, huisnaam in 1571; herberg en smidse in 1767
  12. De Zwaan, herberg in 1574, opnieuw vermeld als herberg in 1653
  13. De Halve Maan, 1684
  14. De Zwarte Arend, 1688
  15. Het Smesken 1746
  16. De kleine Kroon, herberg en winkel 1747-1767
  17. St Jacob, 1782
  18. In 1704 bezaten Andreas Hooft en Michel Willems een biertent aan de brug over de Schelde

De Roos

In de gevel stond het jaartal 1685 vermeld. Vermoedelijk was het ouder want het werd op 1 februari 1678, via notaris Dansaert, verhuurd aan een zekere Gillis Diedekens voor drie jaar, mits 26 pond 10 schellingen 's jaars. In 1717 werd het bewoond door Frans de Smedt en in 1728 door hem aangekocht. Hij was postmeester en het gebouw fungeerde als paardenposterij.


Op deze ingekleurde fot zie je links de Roos, rechts de Zwaan, daarachter de Kroon (La Couronne), en in het midden de kapel van Sint Anna.

Tot het midden van de 19e eeuw was het een belangrijke rust- en drinkplaats voor de paarden en de koetsiers van de diligence vanuit Nederland.

Hier werden eveneens brieven afgeleverd met bestemming Frankrijk voor verdere verzending over de Rijselse baan. Omstreeks 1900 wordt het drankhuis, hotel, huurhouderij, afspanning, achtereen volgens uitgebaat door Louis Bellekens en daarna door P. Cleiren . In de twintigerjaren van vorige eeuw werd het een filiaal van een aannemersbedrijf, maar het bleef ondertussen een herberg.

In 1929 besloot het Antwerpse stadbestuur het gebouw te klasseren. Ondertussen weten we wat dit waard is. Toen in de loop van de dertiger jaren de opgespoten gronden de dorpskern geleidelijk insloten, werd uiteindelijk oud Sint-Anneke volledig afgebroken.

Bron Gerda Raeymaekers, Geschiedenis van Zwijndrecht en Burcht, deel 3, pg 379

Het Vlaams Hoofd werd na 1885 een ware trekpleister voor feestvierders en dagjestoeristen. Van de 80 huizen die het centrum  van het Vlaams Hoofd ronf 1880 telde, was ongeveer de helft herberg of eetgelegenheid. Vooral de mosselhuizen waren zeer in trek bij de Antwerpse bezoekers.